Suppletie

De suppletieregeling biedt een tijdelijke tegemoetkoming in de specifieke kosten van docenten Nederlands/neerlandistiek uit Nederland en Vlaanderen die lesgeven buiten het taalgebied. Het gaat om extra kosten die voortvloeien uit een aanstelling in het buitenland, zoals verhuiskosten, kosten voor tijdelijke opslag en/of overbrenging van de inboedel, kosten voor bijkomende (sociale) verzekeringen, extra reiskosten, compensatie voor verminderde pensioenopbouw in het land van herkomst, enz. De regeling is bedoeld om docenten uit het Nederlandse taalgebied te motiveren om les te geven buiten het taalgebied door de financiële drempels te verlagen.

Wie kan deze subsidie aanvragen?

Afdelingen neerlandistiek aan hogescholen en universiteiten in Europa die een docent Nederlands/neerlandistiek uit Nederland of Vlaanderen in dienst hebben.

Voorwaarden

De docent Nederlands/neerlandistiek

  • is officieel aangesteld aan een hogeschool of universiteit in Europa;
  • is afkomstig uit Nederland of Vlaanderen;
  • is gekwalificeerd om les te geven en kan dit aantonen met een curriculum vitae;
  • geeft een of meerdere vakken die een vast onderdeel zijn in het onderwijsaanbod Nederlands/neerlandistiek;
  • werkt in een land waar het maandelijkse minimumloon (in geval van een voltijdse aanstelling) 50% of minder bedraagt dan het maandelijkse wettelijke minimumloon in Nederland en België. Hierbij worden de recentste gegevens (2025) van Eurostat gebruikt (het hoogste loon wordt gehanteerd; in 2025 is dat het Nederlandse, namelijk 2.246 euro per maand)*;
Landen die in aanmerking komen voor suppletie: Albanië, Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Cyprus, Estland, Georgië, Griekenland, Hongarije, Italië, Kroatië, Letland, Litouwen, Malta, Moldavië, Montenegro, Noord-Macedonië, Oekraïne, Polen, Portugal, Roemenië, Servië, Slowakije, Tsjechië en Turkije
  • is niet langer dan 1 jaar aangesteld als docent Nederlands buiten het Nederlandse taalgebied, wanneer voor het eerst suppletie wordt aangevraagd;
  • heeft gedurende de loopbaan buiten het Nederlandse taalgebied niet langer dan 5 jaar suppletie ontvangen.

Een afdeling kan voor maximaal 1 docent per kalenderjaar suppletie aanvragen.

Een afdeling kan geen suppletie aanvragen met terugwerkende kracht.

Het aanvraagdossier

  • vermeldt het aanstellingspercentage van de suppletiedocent;
  • bevat een officieel en geldig bewijs van aanstelling en het curriculum vitae van de suppletiedocent.

De suppletie wordt overgemaakt op het rekeningnummer van de betreffende suppletiedocent (natuurlijk persoon).

De algemene subsidievoorwaarden van de Taalunie zijn van toepassing.

*Voor Europese landen waar geen wettelijk minimumloon bestaat en dus geen gegevens beschikbaar zijn via Eurostat, hanteert de Taalunie een eigen inschatting op basis van beschikbare loongegevens en relevante economische indicatoren (zoals gemiddelde lonen, sectorale cao’s, enz.). Indien deze inschatting uitwijst dat het minimale maandloon voor voltijdse aanstellingen 50% of minder bedraagt dan het wettelijke minimumloon in Nederland en België, komt men ook in deze landen in aanmerking voor een suppletie.

Subsidiebedrag

Het maximale suppletiebedrag voor 1 kalenderjaar bij een voltijdse aanstelling bedraagt 12.000 euro. Het suppletiebedrag wordt naar rato van de aanstellingstermijn en het aanstellingspercentage van de docent berekend.

Na toekenning van de aanvraag ontvangt de suppletiedocent 50% van het bedrag.

Beoordeling

De aanvraag wordt afgetoetst aan de voorwaarden die hierboven staan.

Procedure

  1. 1

    Aanvraagdeadlines

    Een aanvraag voor suppletie kan tot uiterlijk 1 maart, 1 juni, 1 september en 1 december worden ingediend.

    Als het budget in de eerste (deadline 1 december), tweede of derde aanvraagronde uitgeput is, vindt geen nieuwe ronde plaats.

  2. 2

    Wijze van indiening

    Klik op de knop onderaan deze pagina om een aanvraag te starten in de subsidiemodule.

    Een aanvrager kan het hele jaar door een aanvraag starten, bewerken en bewaren in de subsidiemodule. Het indienen van een aanvraag is alleen mogelijk in de twee maanden voorafgaand aan de aanvraagdeadline.

  3. 3

    Beoordelingstermijn

    De beoordelingstermijn van de aanvraag bedraagt 3 maanden, op voorwaarde dat het aanvraagdossier compleet is. De aanvrager ontvangt de beslissing via mail. Deze is ook beschikbaar in de subsidiemodule.
  4. 4

    Toekenning

    Als de aanvraag wordt goedgekeurd, ontvangt de aanvrager de toekenningsbrief als bijlage per mail. Die is ook raadpleegbaar in het subsidiedossier in de subsidiemodule.
  5. 5

    Betaling voorschot

    2 à 3 weken na ontvangst van de toekenningsbrief, wordt het voorschotbedrag van de subsidie overgemaakt op het opgegeven rekeningnummer.

    Zorg ervoor dat de correcte betalingsgegevens zijn vermeld in het ingediende aanvraagdossier. Na de aanvraagdeadline kunnen die niet meer aangepast worden.

  6. 6

    Eindrapportage

    Er moet geen eindrapportage ingediend worden via de subsidiemodule.

  7. 7

    Betaling saldo

    In juni neemt een Taalunie-medewerker contact op met de aanvrager om na te gaan of de suppletiedocent in dienst blijft aan de afdeling. Na bevestiging wordt het saldo uitbetaald. Dit duurt 2 à 3 weken.

Vragen

Vragen over de subsidieprocedure?

Neem een kijkje bij de algemene informatie over onze subsidies en op de helppagina.

Vragen over de inhoud van deze subsidieregeling?

Neem contact op met mijnnederlands@taalunie.org.