Startsubsidie netwerken onderwijs Nederlands en neerlandistiek
De startsubsidie netwerken onderwijs Nederlands en neerlandistiek is bedoeld om ondersteuning te bieden bij de oprichting van duurzame netwerken binnen en buiten het taalgebied. In het nieuwe netwerk wordt samengewerkt rond het onderwijs Nederlands (als vreemde taal) en/of de neerlandistiek.
Wie kan deze subsidie aanvragen?
Structurele netwerken in oprichting:
- Nederlands-Vlaamse onderwijsnetwerken
- regionale en thematische netwerken onderwijs Nederlands / neerlandistiek buiten het taalgebied
Wat komt in aanmerking voor subsidie?
- oprichtingskosten (zoals notariële kosten)
- administratieve kosten (zoals bankkosten)
- vergaderkosten (zoals reiskosten)
- informatieverspreiding en public relations
- kosten voor de ontwikkeling van een website
- vergoeding van (vrijwillige) personele ondersteuning
- kosten voor een eerste activiteit van het netwerk
- kosten voor een eerste project van het netwerk
Voorwaarden
Het netwerk
- wil structureel en op lange termijn samenwerken;
- zorgt voor eigen rechtspersoonlijkheid in het oprichtingsjaar;
- opereert zonder winstoogmerk;
- zoekt financieringsbronnen naast de Taalunie-subsidie, zodat het netwerk na het oprichtingsjaar ook over eigen middelen kan beschikken.
Het aanvraagdossier bevat
- informatie over
- het duurzame doel dat het netwerk nastreeft en welke acties het netwerk zal ondernemen om dat doel te bereiken;
- hoe het netwerk in het (onderzoeks/onderwijs)veld past en hoe het een aanvulling is op andere bestaande netwerken;
- een overzicht van alle kosten die gemaakt worden bij de oprichting van het netwerk. De aanvrager gebruikt hiervoor verplicht het sjabloon Overzicht oprichtingskosten netwerk. In het kostenoverzicht geeft de aanvrager alle kosten op, ongeacht de hoogte van het aangevraagde subsidiebedrag.
Een netwerk kan eenmalig deze startsubsidie toegekend krijgen voor de oprichting. Na het oprichtingsjaar kan het netwerk werkingssubsidie aanvragen:
- voor netwerken binnen het taalgebied, via de werkingssubsidie Nederlands-Vlaamse onderwijsnetwerken;
- voor netwerken buiten het taalgebied, via werkingsssubsidie netwerk IN.
Het rekeningnummer in het aanvraagdossier behoort toe aan een rechtspersoon of natuurlijk persoon.
De algemene subsidievoorwaarden van de Taalunie zijn van toepassing.
Bijkomende voorwaarden voor Nederlands-Vlaamse onderwijsnetwerken
Het onderwijsnetwerk
- is werkzaam in Nederland en Vlaanderen;
- wil Nederlandse en Vlaamse leden aantrekken;
- stelt een bestuur samen met zowel Nederlandse als Vlaamse bestuursleden;
- stimuleert rechtstreeks kwaliteitsvol onderwijs in en van het Nederlands als eerste en/of als tweede taal;
- draagt bij aan kennisuitwisseling of promotie rond onderwijs Nederlands;
- werkt in één of meer van de volgende onderwijssectoren: basisonderwijs, voortgezet/secundair onderwijs, hoger en universitair onderwijs en/of volwassenenonderwijs NT1/NT2.
Bijkomende voorwaarden voor netwerken onderwijs Nederlands en neerlandistiek buiten het taalgebied
Het netwerk
- stimuleert regionale of thematische samenwerking tussen afdelingen neerlandistiek aan 3 of meer verschillende instellingen;
- zet activiteiten op die bijdragen aan kennisuitwisseling, promotie en de kwaliteit van het onderwijs Nederlands/neerlandistiek.
Subsidiebedrag
Er kan maximaal 5.000 euro aangevraagd worden voor de oprichting van een netwerk.
Na toekenning wordt het volledige bedrag overgemaakt.
Beoordeling
De aanvraag wordt afgetoetst aan de voorwaarden die hierboven staan.
De aanvraag wordt beoordeeld door een adviescommissie aan de hand van de volgende criteria:
- kwaliteit van het aanvraagdossier;
- meerwaarde van het netwerk;
- levensvatbaarheid van het netwerk op lange termijn.
Procedure
- 1
Aanvraagdeadlines
Een startsubsidie voor een netwerk kan tot uiterlijk 1 december worden ingediend. - 2
Wijze van indiening
Ga naar de subsidiemodule om een aanvraag te starten.
Het indienen van een aanvraag is alleen mogelijk in de twee maanden voorafgaand aan de aanvraagdeadline.
- 3
Beoordelingstermijn
De beoordelingstermijn van de aanvraag bedraagt 3 maanden, op voorwaarde dat het aanvraagdossier compleet is. De aanvrager ontvangt de beslissing via mail. Deze is ook beschikbaar in de subsidiemodule. - 4
Toekenning
Als de aanvraag wordt goedgekeurd, ontvangt de aanvrager de toekenningsbrief als bijlage per mail. Die is ook raadpleegbaar in het subsidiedossier in de subsidiemodule. - 5
Betaling
2 à 3 weken na ontvangst van de toekenningsbrief, wordt het volledige subsidiebedrag overgemaakt op het opgegeven rekeningnummer.
Zorg ervoor dat de correcte betalingsgegevens zijn vermeld in het ingediende aanvraagdossier. Na de aanvraagdeadline kunnen die niet meer aangepast worden.
- 6
Wijzigingen in de gesubsidieerde activiteit
De Taalunie kent subsidie toe op basis van de volledige inhoud van het aanvraagdossier. De subsidie kan dus alleen gebruikt worden voor de activiteit die in het goedgekeurde aanvraagdossier beschreven staat.
Als er na toekenning onverwachts wijzigingen zijn in de uitvoering van de activiteit moet de aanvrager dit melden en/of hiervoor toestemming vragen aan de Taalunie. In de algemene subsidievoorwaarden staat vermeld welke stappen een aanvrager moet ondernemen.
- 7
Eindrapportage
Uiterlijk 6 weken na afloop van de activiteit moet de aanvrager via de subsidiemodule een eindrapportage indienen in het subsidiedossier. De aanvrager gebruikt verplicht het sjabloon Financiële eindrapportage startsubsidie netwerk.
Vragen
Vragen over de subsidieprocedure?
Neem een kijkje bij de algemene informatie over onze subsidies en op de helppagina.
Vragen over de inhoud van deze subsidieregeling?
Neem contact op met
- Heleen Rijckaert (hrijckaert@taalunie.org) over de oprichting van een Nederlands-Vlaams onderwijsnetwerk;
- Karlijn Waterman (kwaterman@taalunie.org) over de oprichting van een netwerk onderwijs Nederlands / neerlandistiek buiten het taalgebied.